In deze fase ondergaan de bonen een metamorfose: ze veranderen van kleur, nemen af in gewicht, nemen toe in volume, verliezen vocht en verkrijgen bovenal aroma.

- Bij 100 °C krijgen de bonen een gouden kleur en komt de geur van het branden vrij.

- Bij een temperatuur boven de 150–180 °C worden de bonen groter, glanzend en bruin

- Bij 200-230 °C bereikt het branden het optimale niveau en krijgt de koffie zijn karakteristieke geur.

Zodra de koffie uit de brander wordt gehaald, wordt deze snel op kamertemperatuur gebracht door luchtstromen en koude-waterdamp te gebruiken.

De tijden variëren, afhankelijk van de soorten koffie die worden gebrand en hoe deze zullen worden gebruikt:

• - korte cycli voor de Robusta, die de body benadrukken en de noten van hout verzachten

• - middellange cycli voor de Arabica, om de geur en de zoetheid van de blends te accentueren

• - een lang brandproces voor de espressoblends, om de prestaties van de machines te optimaliseren en een romige, evenwichtige espresso te produceren.